De Energievisie Overijssel 2050 schetst een ambitieus en realistisch kader voor de energietransitie in de provincie. Bekijk hier de visie.
1. Kern van de visie
- Doel: Overijssel wil in 2050 volledig klimaatneutraal zijn.
- Hoofdkeuzes:
- Energietransitie: Overstap van fossiele brandstoffen naar duurzame energiebronnen zoals elektriciteit, waterstof, warmte en biogas.
- Zelfvoorzienendheid: Overijssel wil zoveel mogelijk energie lokaal opwekken en inzetten op energiebesparing.
- Energiesysteem: Er wordt gestuurd op een robuust en efficiënt systeem, waarin clustering van vraag en aanbod wordt toegepast.
2. Positieve aspecten
- Brede energiemix: De visie kiest niet eenzijdig voor elektrificatie, maar benut ook warmte, biogas en waterstof. Dit voorkomt overbelasting van het elektriciteitsnet.
- Realistische aanpak: De provincie erkent dat de energietransitie complex is en plant vierjaarlijkse herijkingen om de visie bij te sturen op basis van technologische en maatschappelijke ontwikkelingen.
- Koppeling met economische ontwikkeling: Er wordt rekening gehouden met de groei van de industrie, de behoefte aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat en de impact van netcongestie op ondernemers.
- Samenwerking met stakeholders: Gemeenten, netbeheerders en maatschappelijke organisaties zijn betrokken, wat zorgt voor breed draagvlak.
3. Kritische kanttekeningen
- Onzekerheden rond infrastructuur: Netcongestie is een groot probleem en er is weinig zicht op hoe snel netverzwaringen en waterstofinfrastructuur gerealiseerd kunnen worden.
- Waterstof blijft een gok: De visie zet deels in op waterstof, maar erkent dat de beschikbaarheid en prijs nog onzeker zijn. De afhankelijkheid van import kan een risico vormen.
- Biogas en veeteelt: Er wordt gerekend op een aanzienlijke vergisting van mest, terwijl de toekomst van de veestapel en bijbehorende mestproductie onzeker is.
- Rol van kernenergie blijft vaag: Small Modular Reactors (SMR’s) worden genoemd als optie na 2030, maar er is geen duidelijke route of planning voor deze technologie.
4. Eindconclusie
De Energievisie Overijssel 2050 is ambitieus maar pragmatisch. De provincie erkent de uitdagingen en kiest voor een flexibele benadering met regelmatige bijstellingen. De mix van elektriciteit, warmte, waterstof en biogas is logisch om de energietransitie te spreiden en netcongestie te beperken.
De grootste zwakke plekken zijn de afhankelijkheid van waterstof en biogas, evenals de onzekerheden rond netcongestie en infrastructuur. Dit vraagt om actieve sturing en concrete beleidsmaatregelen om knelpunten te voorkomen.
Overijssel positioneert zich als een regio die haar verantwoordelijkheid neemt in de energietransitie, maar moet alert blijven op praktische uitvoerbaarheid en de kosten voor inwoners en ondernemers.